Bij een daglichtafhankelijke regeling wordt de lichtstroom uit de verlichtingstoestellen automatisch geregeld in functie van de beschikbare daglichthoeveelheid. Deze regeling kan gebeuren door de kunstverlichting te dimmen of door ze te schakelen in functie van de daglichtbeschikbaarheid. Daglichtregeling door de verlichting te dimmen is zowel in functie van visueel comfort voor de gebruiker als in functie van energiebesparing de meest aangewezen optie.
Daglichtregelsystemen zijn in het algemeen in twee categorieën op te delen:
Bij closed loop systemen doet de lichtsensor een meting waarin zowel daglicht als kunstlicht vervat zit. Het spreekt dus voor zich dat een closed loop systeem steeds binnen in de ruimte geïnstalleerd wordt waar het de kunstverlichting stuurt.
Er bestaan verschillende types closed loop daglichtregelsystemen:
Veelal zijn de lichtsensoren geïntegreerd in een detector die ook een sensor voor aan-/afwezigheidsdetectie bevat. Dat is ook het geval bij de twee onderstaande voorbeelden.
Het is in elk geval belangrijk na te denken over de positie in de ruimte waar de detector geïnstalleerd wordt, des te meer wanneer daglichtregeling en aan-/afwezigheidsdetectie in dezelfde
detector gecombineerd wordt. De meting van beide sensoren moet namelijk relevant zijn voor wat ze sturen. Hoe dan ook moeten plaatsingsrichtlijnen van de fabrikant van het lichtregelsysteem
gevolgd worden.
Bij open loop systemen moet de lichtsensor zo geplaatst worden dat deze enkel een meting van daglicht doet, waarbij de meting een gekend verband heeft met de hoeveelheid daglicht in de zone waar de kunstverlichting aangestuurd wordt. Er bestaan open loop systemen waarbij de sensor binnen geplaatst wordt, in de richting van de daglichtopening. Er bestaan ook open loop systemen waarbij de sensor buiten geplaatst wordt (op het dak of op de gevel langs waar daglicht binnenvalt).
Systemen waarbij de sensor buiten geplaatst wordt, zijn enkel toepasbaar wanneer er een koppeling wordt gemaakt met de sturing van aanwezige zonwering. Indien dit niet geval zou zijn, zou het daglichtregelsysteem op een zonnige dag het signaal kunnen geven om de kunstverlichting neer te dimmen, terwijl de zonwering gesloten is en er in de ruimte waarvan de kunstverlichting wordt aangestuurd dus geen of weinig daglicht binnenvalt.